De handdoek gooien

Pedagogische studiedag voor de kinderen. Dat staat hier gelijk aan een dag verlof, een zwembad met glijbanen en vettig vreten. Ook deze keer. Ditmaal trokken we naar de andere kant van onze kuststrook, naar de plek die ik vooral nog ken van de Meli.

Er is geen ambitie om een soortement recensie van een aquapark te maken, maar laat ons zeggen dat het is wat je verwacht dat het is. Een warm, vochtig oord met bubbels, glijbanen en een frietwalm. Eten ìn een zwembad: ik zal het nooit begrijpen.

Wat ik ook nooit zal begrijpen: de nood van sommigen om middels een handdoek een stukje territorium – vaak onder de vorm van een zetel of stoel – te claimen. Ik dacht: ik doe daar niet aan mee. Naast de douches hangen meerdere haakjes; enkele ervan al bezet. Zo’n collectiviteit staat me al meer aan. Ik hang de mijne aan één van de haakjes.

Maar: niet de halve mof uithangen door willekeurig gebied te bezetten, dat wordt al eens afgestraft. Alle handdoeken verdwenen. Ik ga verhaal halen bij de redder en hoor daar dat de poetsmedewerker ze heeft weggenomen en naar het onthaal gebracht. De kuisvrouw heeft het gedaan.

Aan het onthaal weten ze van niets en laten ze me na twee lettergrepen een formulier invullen. “Als we hem vinden, sturen we hem op!” Aan de prijzen voor een zwetende frikandel te zien, zal me dat wellicht een euro of vijftig kosten. Ze vragen me waarom ik het zo belangrijk vind, of de handdoek misschien emotionele waarde heeft.

Awel ja.

Ik zeul die afgewassen handdoek al meer dan 20 jaar mee. Ik had hem al bij het begin van het middelbaar, nam hem mee toen ik ging studeren en is nog steeds mìjn handdoek in de kast. Op kot had ik één dekbedovertrek en één handdoek. Misschien werden deze eens per jaar gewassen. Vast één van de redenen waarom hij er na 20 jaar nog altijd fatsoenlijk uit ziet.

Zag. Want hij is weg. Van het ingevulde formulier verwacht ik niks meer dan wat er mee bedoeld werd: je sussen op het moment dat je opgedraaid bent. Na een hoge inkomprijs, een schabouwelijk duur parkingticket, een gouden cola en nog wat euro’s voor het gebruik van een locker, had de man van intussen meer dan tien miljoen duidelijk nog nood aan een vergane handdoek.

Die dag gooide een van de laatste restanten uit m’n studententijd de handdoek.